Geschiedenis


In het jaar 1910 bestelde de overheid bij de bekende boeierbouwer Auke Holtrop van der Zee in het Friese Joure een ‘staalijzeren oefenvaartuig, model Lemster Jacht’ voor het Korps Torpedisten te Den Briel. Van november 1910 t/m juni 1911 was Auke Holtrop van der Zee samen met 13 eigen medewerkers 1368 en 10621 uren aan het bouwen om het Lemsterjacht Nettie tot een, voor die tijd, zeer luxe jacht in de vaart te brengen.
Voor de totaal prijs van 4989,04 gulden liet de Nederlandse overheid voor het korps “torpedisten” dit jacht bouwen voor haar officieren en hun vrouwen.
Overste Fabius, commandant van het korps, kapitein Verhoeff en een sergeant schipper, hadden hun dames meegenomen.
Een van die dames heeft het schip gedoopt, en haar naam aan het schip gegeven.

De werfboeken vermelden dat van november 1910 tot juni 1911 werd ‘gebouwd voor rekening van het Rijk een staalijzeren oefenvaartuig model “Lemsteraak”ten dienste van het korps torpedisten te Brielle, commandant overste J.C. Fabius. Grootste lengte 13.30, holte midscheeps bij de waterlijst 2 meter over ’t boord’.

De prijs die aan het Rijk werd berekend was als volgt opgebouwd:

Werkloon 1386 uren + 10621 uren 1621,90
Ijzer 1439,54
Tuigage 770,00
Zijllage 435,00
Vurenhout voor betimmering 100,00
Eikenhouten roer met leeuw 2 eiken zwaarden 165,00
Schilderwerk 89,00
Smid 175,00
Van Geldrop 62,43
Schilder 130,18
______+
totaal fl. 4989,04

Het oefenen dat aan boord van dit Lemster jacht geschiedde bestond voornamelijk uit het beoefenen van de zeilerij. Daar bleek het ook uitstekend voor geschikt te zijn.

Na de eerste wereld oorlog deed het schip meer dienst als opleidingsschip voor haar rekruten.

Tot 1940 deed de “Nettie” dienst als militair jacht, voor het opsporen van mijnen

Tevens was er vanaf 1914 een extra roef opgebouwd met een geschut erin, om de mijnen af te schieten.

In 1940 wilden de Duitsers het schip in beslag nemen, maar door het te laten zinken in de haven van Makkum is het voor transport naar Duitsland gespaard gebleven.

In 1945 is het schip weer gelicht en in handen gekomen van een luitenant.

Vanaf dat moment is het overgegaan in particuliere handen, en heeft een ieder zijn deel eraan gehad, om dit schitterende schip te behouden voor wat het nu is.

Overschrijving van eigenaren en namen:

  • 1911 – 1922 Torpedisten
  • 1922 – 1940 Genie
  • 1940 Friezen laten het schip te Makkum afzinken om te voorkomen dat het in Duitse handen valt.
  • 1945 – 1954 Willem Buyk
  • Op 1/7/54 is de naam “BOUKJE” geregistreerd met als eigenaar Willem Buijk, officier te Dordrecht.
  • 1954 – 1970 W ’t Hart antiek handelaar uit Groningen.
  • Op 26/8/54 kreeg het schip een nieuwe eigenaar. Wilhelm Thomas Hart, acteur in Groningen
  • Naamsverandering “MAARTJE”.
  • Op 31/12/68 kreeg het schip opnieuw een nieuwe eigenaar Cornelis van Schie tandarts te Baarn
  • Naamsverandering 15/1/69 “ALBIOBOLA”
  • 1968 – 1977 van der schie uit Baarn
  • 1977 – 1983 W.E. Verhagen uit Akersloot
  • Naamsverandering naar “ALBIS”
  • 1983 – 1988 B. van Wijk uit Woubrugge
  • Naamsverandering terug naar “NETTIE”
  • 1988 – 2005 H. Denee Ermelo
  • 2005 – heden A. van Marrewijk